Nieuwe wet Betaalbare Huur: bescherming voor huurders en regulering middenhuur

Huurprijzen rijzen de pan uit

Veel huurders besteden tegenwoordig een groot deel van hun inkomen aan huur. In grote steden is de huur voor nieuwe huurders gemiddeld 160 euro per maand hoger dan voor de vorige bewoners. Dit maakt het voor mensen met een modaal inkomen steeds moeilijker om een betaalbare woning te vinden. Cruciale beroepsgroepen, zoals zorgpersoneel, politieagenten en onderwijzers, worden hierdoor uit de steden verdrongen, terwijl ze juist daar hard nodig zijn.

Om deze problemen aan te pakken, stuurde minister Hugo de Jonge (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) het wetsvoorstel Betaalbare Huur naar de Tweede Kamer. Dit voorstel moet te hoge huren in het middensegment aan banden leggen en de positie van huurders versterken, zonder dat investeringen in de middenhuur onrendabel worden.

Regels voor eerlijke huurprijzen

Het wetsvoorstel breidt de gereguleerde huur uit naar huurwoningen in het middensegment met maximaal 186 punten volgens het Woningwaarderingsstelsel (WWS). Dit betekent dat woningen in deze categorie een maximale huurprijs van 1.123 euro per maand mogen hebben. De regulering geldt voor nieuwe huurcontracten en wordt elke vijf jaar geëvalueerd.

Dankzij deze maatregel zullen naar schatting 300.000 woningen gemiddeld 190 euro per maand goedkoper worden. Bovendien komen er 113.000 extra woningen beschikbaar in het betaalbare segment. Zonder ingrijpen zou ruim 40% van de huurders in het middensegment te veel betalen in verhouding tot de kwaliteit van hun woning.

Meer bescherming voor huurders

Door de krapte op de woningmarkt hebben huurders vaak een zwakke onderhandelingspositie. Het wetsvoorstel maakt het WWS dwingend, zodat verhuurders zich moeten houden aan de maximale huurprijzen. Daarnaast krijgen huurders meer toegang tot de Huurcommissie en moeten verhuurders bij het afsluiten van een huurcontract de puntentelling van de woning overleggen. Gemeenten zullen toezicht houden en handhavend optreden bij misstanden.

Stimulering van nieuwbouw

Naast huurregulering wil de overheid de bouw van nieuwe middenhuurwoningen stimuleren. Tot 2030 moeten er 981.000 nieuwe woningen worden gebouwd, waarvan 100.000 in het middensegment. Er komt een nieuwbouwopslag van 10% voor huurwoningen waarvan de bouw voor 1 januari 2026 start, en het WWS wordt gemoderniseerd om beter aan te sluiten bij de kwaliteit van nieuwe woningen.

Invloed op de woningmarkt

Sinds 2015 is het vrije huursegment gegroeid van 415.000 naar 648.000 woningen, waarbij vooral dure huurwoningen zijn toegenomen. Door de regulering van het middensegment wordt verwacht dat sommige huurwoningen verkocht zullen worden, waardoor er meer betaalbare koopwoningen voor middeninkomens beschikbaar komen. Dit is een correctie op de trend van de afgelopen jaren, waarin veel woningen door beleggers werden opgekocht en voor hoge huurprijzen werden verhuurd.

Duidelijkheid voor huurders en verhuurders

Het wetsvoorstel is aangepast op basis van adviezen van de Raad van State en zorgt voor een balans tussen betaalbaarheid en beschikbaarheid van huurwoningen. Als de Tweede Kamer instemt, kan de wet op 1 juli dit jaar ingaan.

Bron: Wetsvoorstel Betaalbare huur naar Tweede Kamer

Call Now Button